Wist je dat vrijwel iedereen die stottert in bepaalde situaties juist nooit stottert en compleet vloeiend spreekt? Dat ze dan kunnen zeggen wat en hoe ze dat maar willen zonder enige spanning of stotters? Dat is dan bijvoorbeeld wanneer ze alleen zijn en hardop spreken of lezen. Of wanneer ze tegen een huisdier, kleine kinderen of bepaalde mensen praten.
Maar wist je ook dat vrijwel iedereen die stottert er heilig van overtuigd is dat er iets flink mis is met zijn of haar spraaksysteem? En dat ze zijn gaan geloven dat spraak iets is wat door middel van hard werken en modificatie- en/of ademtechnieken gecontroleerd dient te worden? Of dat ze zichzelf hebben neergelegd bij het ‘feit’ dat ze voor de rest van hun leven wel zullen blijven stotteren?
Is het niet frappant dat deze twee gegevens zo in tegenspraak met elkaar zijn en dat vrijwel iedereen die stottert hier zomaar overheen stapt? Terwijl dit juist zo bepalend kan zijn voor hoe je met je stotteren omgaat.
Wanneer je in bepaalde spreeksituaties nooit stottert, betekent dit gewoonweg dat er met je spraaksysteem niks aan de hand is (lees deze zin nog eens!). Je ademhaling, de aansturing van de spreekspieren, je tong en mond: alles werkt compleet naar behoren. We kunnen net zo gemakkelijk, natuurlijk en ontspannen spreken zoals vloeiend sprekende mensen dit doen.
Hoe komt het dan dat je in bepaalde spreeksituaties nog wel stottert? Het antwoord hierop is terug te vinden in je programmering.
Ons brein is te vergelijken met een computer, inclusief besturingssysteem en harde schijf. Gedurende ons hele leven worden er door de omgeving (opvoeding, school, werk, media, etc.) en door onszelf allerlei programaatjes op onze harde schijf geïnstalleerd die vervolgens ons levensbeeld bepalen en waardoor we de wereld en onszelf gaan zien door onze eigen geconditioneerde bril.
Dat geldt voor alles wat we in ons leven leren en ervaren. Zo ook met ons stotteren. Velen van ons hebben al op jonge leeftijd meegekregen (en daarmee bewust gemaakt) dat er iets mis is met hun spreken. En later in ons leven zijn we vaak stottertherapieën gaan doen waarbij ons verteld werd dat het je hielp om door middel van technieken je spreken te controleren en dat je dit met je bewuste mind diende te doen.
Waar ik achtergekomen ben is dat spreken een te complex proces is om bewust te kunnen controleren en dat je dit, net zoals vloeiend sprekende mensen dit doen, dient over te laten aan het onbewuste automatische systeem in jou dat wél goed is uitgerust om spreken op een gedegen en ontspannende manier te kunnen uitvoeren. Hetzelfde systeem van waaruit je ook gebruik maakt en spreekt in situaties waarin je nooit hoeft te stotteren.
Wanneer je met je bewuste mind probeert te spreken, blokkeer je juist de flow die gekenmerkt wordt door spontaniteit, ontspanning en moeiteloosheid. Dit is de reden waarom mensen die stotteren en hebben geleerd door middel van controletechnieken te spreken na verloop van tijd er niet meer mee verder komen. En dat het in spannende spreeksituaties vaak niet lukt om de technieken toe te passen, waardoor ze weer gaan stotteren.
Het goede nieuws is dat je deze programmering weer ongedaan kunt maken. Je kunt de geïnstalleerde programma’s op je harde schijf weer de-installeren. Je kunt leren hoe je je niet meer met je eigen spreken kunt gaan bemoeien. Zo vind je stapje voor stapje je vertrouwen terug in jouw natuurlijke en spontane manier van spreken en word je steeds meer je authentieke zelf.
Vond je dit een interessant artikel?
Abonneer je dan hieronder en ontvang iedere 2 weken een nieuwe stotterblog direct in je mailbox.